Psalmen 28:6

6 Geloofd zij de HEERE, want Hij heeft de stem mijner smekingen gehoord.

Psalmen 28:6 Meaning and Commentary

Psalms 28:6

Blessed [be] the Lord
Which must be understood, not as invoking nor as conferring a blessing on him, neither of which can be done by a creature; nor does he stand in need of any, he being Elshaddai, God all sufficient, God over all, blessed for ever; but as ascribing all blessedness to him, congratulating his greatness and happiness, and giving him praise and glory for mercies received; and particularly for the following:

because he hath heard the voice of my supplications;
what he had prayed for, ( Psalms 28:2 ) ; an answer was quickly returned, even while he was speaking, ( Isaiah 65:24 ) ; though this may be an expression of faith, being fully persuaded and assured that he was heard, and would be answered, and may be said by a prophetic spirit; knowing that what he had humbly asked for would be granted; so Aben Ezra and Kimchi understand it in a way of prophecy.

Psalmen 28:6 In-Context

4 Geef hun naar hun doen, en naar de boosheid hunner handelingen; geef hun naar hunner handen werk; doe hun vergelding tot hen wederkeren.
5 Omdat zij niet letten op de daden des HEEREN, noch op het werk Zijner handen, zo zal Hij hen afbreken en zal hen niet bouwen.
6 Geloofd zij de HEERE, want Hij heeft de stem mijner smekingen gehoord.
7 De HEERE is mijn Sterkte en mijn Schild; op Hem heeft mijn hart vertrouwd, en ik ben geholpen; dies springt mijn hart van vreugde, en ik zal Hem met mijn gezang loven.
8 De HEERE is hunlieder Sterkte, en Hij is de Sterkheid der verlossingen Zijns Gezalfden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.