Richtere 8:12

12 En Zebah en Tsalmuna vloden; doch hij jaagde hen na; en hij ving de beide koningen der Midianieten, Zebah en Tsalmuna, en verschrikte het ganse leger.

Richtere 8:12 Meaning and Commentary

Judges 8:12

And when Zebah and Zalmunna fled
Their host being smitten and thrown into confusion by the sudden approach of Gideon's army; and who probably attacked them in somewhat like manner as before, blowing their trumpets, and calling out the sword of the Lord and of Gideon; which were such terrifying sounds to them, that they fled at once:

he pursued after them, and took the two kings of Midian, Zebah and
Zalmunna, and discomfited all the host;
or terrified them, so that they fled some one way and some another, and the kings being left alone were easily taken.

Richtere 8:12 In-Context

10 Zebah nu en Tsalmuna waren te Karkor, en hun legers met hen, omtrent vijftien duizend, al de overgeblevenen van het ganse leger der kinderen van het oosten; en de gevallenen waren honderd en twintig duizend mannen, die het zwaard uittrokken.
11 En Gideon toog opwaarts, den weg dergenen, die in tenten wonen, tegen het oosten van Nobah en Jogbeha; en hij sloeg dat leger, want het leger was zorgeloos.
12 En Zebah en Tsalmuna vloden; doch hij jaagde hen na; en hij ving de beide koningen der Midianieten, Zebah en Tsalmuna, en verschrikte het ganse leger.
13 Toen nu Gideon, de zoon van Joas, van den strijd wederkwam, voor den opgang der zon,
14 Zo ving hij een jongen van de lieden te Sukkoth, en ondervraagde hem; die schreef hem op de oversten van Sukkoth, en hun oudsten, zeven en zeventig mannen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.