Richtere 8:34

34 En de kinderen Israels dachten niet aan den HEERE, hun God, Die hen gered had van de hand van al hun vijanden van rondom.

Richtere 8:34 Meaning and Commentary

Judges 8:34

And the children of Israel remembered not the Lord their God,
&c.] Or, as the Targum, the worship of the Lord their God; they forgot him, and forsook him, which showed base ingratitude:

who had delivered them out of the hands of their enemies on every side;
not only out of the hands of Midian, but all other nations round about them, as Edom, Moab, Ammon not one attempting to oppress them.

Richtere 8:34 In-Context

32 En Gideon, de zoon van Joas, stierf in goeden ouderdom; en hij werd begraven in het graf van zijn vader Joas, te Ofra, des Abi-ezriets.
33 En het geschiedde, als Gideon gestorven was, dat de kinderen Israels zich omkeerden, en de Baals nahoereerden; en zij stelden zich Baal-Berith tot een God.
34 En de kinderen Israels dachten niet aan den HEERE, hun God, Die hen gered had van de hand van al hun vijanden van rondom.
35 En zij deden geen weldadigheid bij het huis van Jerubbaal, dat is Gideon, naar al het goede, dat hij bij Israel gedaan had.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.