Richtere 9:37

37 Maar Gaal voer wijders voort te spreken en zeide: Zie daar volk, afkomende uit het midden des lands, en een hoop komt van den weg van den eik Meonenim.

Richtere 9:37 Meaning and Commentary

Judges 9:37

And Gaal spake again, and said
Looking towards the mountains, and taking another view of what he before saw, for further satisfaction:

see, there come people down by the middle of the land;
either in the valley between the two mountains; or rather those he first saw on the top of the mountains were now come down about the middle of them, called in the Hebrew text the navel, from the prominence of the mountains thereabout, or because the navel is in the middle of the body, as this part of them was the middle on which he saw them. R. Isaiah interprets it, between the two cities:

and another company come along by the plain of Meonenim;
of which we read nowhere else. Montanus renders it, "the oak of Meonenim"; or of the soothsayers; oaks being had in great esteem with idolaters for their oracles and divinations; and perhaps this was a place, whether an oak or, a plain, where such persons used to meet to make their divinations.

Richtere 9:37 In-Context

35 En Gaal, de zoon van Ebed, ging uit, en stond aan de deur van de stadspoort; en Abimelech rees op, en al het volk, dat met hem was, uit de achterlage.
36 Als Gaal dat volk zag, zo zeide hij tot Zebul: Zie, er komt volk af van de hoogten der bergen. Zebul daarentegen zeide tot hem: Gij ziet de schaduw der bergen voor mensen aan.
37 Maar Gaal voer wijders voort te spreken en zeide: Zie daar volk, afkomende uit het midden des lands, en een hoop komt van den weg van den eik Meonenim.
38 Toen zeide Zebul tot hem: Waar is nu uw mond, waarmede gij zeidet: Wie is Abimelech, dat wij hem zouden dienen? is niet dit het volk, dat gij veracht hebt? trek toch nu uit en strijd tegen hem!
39 En Gaal trok uit voor het aangezicht der burgeren van Sichem, en hij streed tegen Abimelech.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.