Leviticus 15:28-33

28 Maar als zij van haar vloed rein wordt, dan zal zij voor zich zeven dagen tellen, daarna zal zij rein zijn.
29 En op den achtsten dag zal zij voor zich twee tortelduiven, of twee jonge duiven nemen, en zij zal die tot den priester brengen, aan de deur van de tent der samenkomst.
30 Dan zal de priester een ten zondoffer en een ten brandoffer bereiden; en de priester zal voor haar, van den vloed harer onreinigheid, verzoening doen voor het aangezicht des HEEREN.
31 Alzo zult gij de kinderen Israels afzonderen van hun onreinigheid; opdat zij in hun onreinigheid niet sterven, als zij Mijn tabernakel, die in het midden van hen is, verontreinigen zouden.
32 Dit is de wet desgenen, die den vloed heeft, en van wien het zaad der bijligging uitgaat; zodat hij daardoor onrein wordt;
33 Mitsgaders van een zwakke vrouw in haar afzondering, en van degene, die van zijn vloed is vloeiende, voor een man, en voor een vrouw; en voor een man, die bij een onreine zal gelegen hebben.

Leviticus 15:28-33 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO LEVITICUS 15

This chapter treats of uncleanness by issues in men and women; in men, a running issue, Le 15:1-3, which defiles him, and everything he touches, or that touches him or them, Le 15:4-12; the cleansing from which is directed to, Le 15:13-15; and seed flowing from him, Le 15:16-18; in women, their ordinary courses, Le 15:19-24; or extraordinary ones, Le 15:25-27; and the law for the cleansing of them, Le 15:28-31; and a recapitulation of the whole, Le 15:32,33.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.