Numberi 10:31-36

31 En hij zeide: Verlaat ons toch niet; want dewijl gij weet, dat wij ons legeren in de woestijn, zo zult gij ons tot ogen zijn.
32 En het zal geschieden, als gij met ons zult gaan, en het goede geschieden zal, waarmede de HEERE bij ons weldoen zal, dat wij u ook weldoen zullen.
33 Zo togen zij drie dagreizen van den berg des HEEREN; en de ark des verbonds des HEEREN reisde voor hun aangezicht drie dagreizen, om voor hen een rustplaats uit te speuren.
34 En de wolk des HEEREN was des daags over hen, als zij uit het leger verreisden.
35 Het geschiedde nu in het optrekken van de ark, dat Mozes zeide: Sta op, HEERE! en laat Uw vijanden verstrooid worden, en Uw haters van Uw aangezicht vlieden!
36 En als zij rustte, zeide hij: Kom weder, HEERE! tot de tien duizenden der duizenden van Israel!

Numberi 10:31-36 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO NUMBERS 10

This chapter gives an account of the directions given for making two silver trumpets, and of the use of them, the ends and purposes for which they were to be made, Nu 10:1-10; and of the time of taking up of the cloud from the tabernacle, and of the removal of the camp of Israel from the wilderness of Sinai, and of the order of their march, Nu 10:11-28; when Moses most earnestly passed Hobab, his brother in law, to continue with him, Nu 10:29-32; and the chapter is closed with the prayer of Moses at the setting forward of the ark, and the resting of it, Nu 10:33-36.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.