1 Samuël 15:19

19 Waarom toch hebt gij naar de stem des HEEREN niet gehoord, maar zijt tot den roof gevlogen, en hebt gedaan dat kwaad was in de ogen des HEEREN?

1 Samuël 15:19 Meaning and Commentary

1 Samuel 15:19

Wherefore then didst thou not obey the voice of the Lord
Who had made him king, and sent him on this errand, and gave him such plain directions, and such strong orders to make an entire consumption of Amalek:

but didst fly upon the spoil;
like a bird of prey, such as an eagle or vulture, not to devote it to the Lord, by an entire destruction of it, but to seize it for his own use, as being greedily desirous and covetous of it:

and didst evil in the sight of the Lord?
by disobeying his commands, from whose sight nothing can be hid.

1 Samuël 15:19 In-Context

17 En Samuel zeide: Is het niet alzo, toen gij klein waart in uw ogen, dat gij het hoofd der stammen van Israel geworden zijt, en dat u de HEERE tot koning over Israel gezalfd heeft?
18 En de HEERE heeft u op den weg gezonden, en gezegd: Ga heen en verban de zondaars, de Amalekieten, en strijd tegen hen, totdat gij dezelve te niet doet.
19 Waarom toch hebt gij naar de stem des HEEREN niet gehoord, maar zijt tot den roof gevlogen, en hebt gedaan dat kwaad was in de ogen des HEEREN?
20 Toen zeide Saul tot Samuel: Ik heb immers naar de stem des HEEREN gehoord, en heb gewandeld op den weg, op denwelken mij de HEERE gezonden heeft; en ik heb Agag, den koning der Amalekieten, mede gebracht, maar de Amalekieten heb ik verbannen.
21 Het volk nu heeft genomen van den roof, schapen en runderen, het voornaamste van het verbannene, om den HEERE, uw God, op te offeren te Gilgal.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.