1 Samuël 15:34

34 Daarna ging Samuel naar Rama; en Saul ging op naar zijn huis te Gibea-Sauls.

1 Samuël 15:34 Meaning and Commentary

1 Samuel 15:34

Then Samuel went to Ramah
His native place, and where was his usual residence:

and Saul went up to his house to Gibeah of Saul;
which was also his birth place, and where was his father's house, and where he had his palace, and kept his court; and took its name from him, to distinguish it from another Gibeah; and so Josephus ^F23 says it was called Gabathsaoule, and was about thirty furlongs or four miles from Jerusalem.

---

FOOTNOTES:

F23 De Bello Jud. l. 5. c. 2. sect. 1.

1 Samuël 15:34 In-Context

32 Toen zeide Samuel: Breng Agag, den koning der Amalekieten, hier tot mij; Agag nu ging tot hem weeldelijk; en Agag zeide: Voorwaar, de bitterheid des doods is geweken!

33 Maar Samuel zeide: Gelijk als uw zwaard de vrouwen van haar kinderen beroofd heeft, alzo zal uw moeder van haar kinderen beroofd worden onder de vrouwen. Toen hieuw Samuel Agag in stukken, voor het aangezicht des HEEREN te Gilgal.

34 Daarna ging Samuel naar Rama; en Saul ging op naar zijn huis te Gibea-Sauls.

35 En Samuel zag Saul niet meer tot den dag zijns doods toe; evenwel droeg Samuel leed om Saul; en het berouwde den HEERE, dat Hij Saul tot koning over Israel gemaakt had.