1 Samuël 20:13

13 Alzo doe de HEERE aan Jonathan, en alzo doe Hij daartoe! Als mijn vader het kwaad over u behaagt, zo zal ik het voor uw oor ontdekken, en ik zal u trekken laten, dat gij in vrede heengaat; en de HEERE zij met u, gelijk als Hij met mijn vader geweest is.

1 Samuël 20:13 Meaning and Commentary

1 Samuel 20:13

The Lord do so and much more to Jonathan
Recompense evil more than can be thought of and expressed, should he neglect to inform David of the good disposition of Saul unto him:

but if it please my father [to do] thee evil;
if he seems determined upon it to take away thy life:

then I will show it thee;
not by a messenger, by whom it would not be safe to communicate it, lest by that means Saul would know where he was, and come and slay him; but Jonathan would come himself, and acquaint him with it:

and send thee away, that thou mayest go in peace;
give him leave, and advise him to depart, and provide for his own safety, adding his blessing on him, and prayer for him:

and the Lord be with thee, as he hath been with my father;
in the beginning of his reign, giving him counsel and advice in all things, and victory over his enemies, succeeding and prospering him in whatsoever he engaged in; the Targum is,

``the Word of the Lord be for thy help''

Jonathan seemed to be fully apprized that David was to succeed in the kingdom.

1 Samuël 20:13 In-Context

11 Toen zeide Jonathan tot David: Kom, laat ons toch uitgaan in het veld; en die beiden gingen uit in het veld.
12 En Jonathan zeide tot David: De HEERE, de God Israels, indien ik mijn vader onderzocht zal hebben omtrent dezen tijd, morgen of overmorgen, en zie, het is goed voor David, en ik dan tot u niet zende, en voor uw oor openbare;
13 Alzo doe de HEERE aan Jonathan, en alzo doe Hij daartoe! Als mijn vader het kwaad over u behaagt, zo zal ik het voor uw oor ontdekken, en ik zal u trekken laten, dat gij in vrede heengaat; en de HEERE zij met u, gelijk als Hij met mijn vader geweest is.
14 En zult gij niet, indien ik dan nog leve, ja, zult gij niet de weldadigheid des HEEREN aan mij doen, dat ik niet sterve?
15 Ook zult gij uw weldadigheid niet afsnijden van mijn huis tot in eeuwigheid; ook niet wanneer de HEERE een iegelijk der vijanden van David van den aardbodem zal afgesneden hebben.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.