2 Koningen 21:11

11 Dewijl dat Manasse, de koning van Juda, deze gruwelen gedaan heeft, erger doende dan al wat de Amorieten gedaan hebben, die voor hem geweest zijn, ja, ook Juda door zijn drekgoden heeft doen zondigen;

2 Koningen 21:11 Meaning and Commentary

2 Kings 21:11

Because Manasseh king of Judah hath done these abominations,
&c.] Before named, ( 2 Kings 21:3-7 ) ,

and hath done wickedly above all that the Amorites did that were before
him;
one of the seven nations of Canaan, a principal of them, and which is put for all the rest:

and hath made Judah also to sin with his idols:
the worship of them, as the Targum; which he did both by his edicts, and by his example.

2 Koningen 21:11 In-Context

9 Maar zij hoorden niet; want Manasse deed hen dwalen, dat zij erger deden dan de heidenen, die de HEERE voor het aangezicht der kinderen Israels verdelgd had.
10 Toen sprak de HEERE door den dienst van Zijn knechten, de profeten, zeggende:
11 Dewijl dat Manasse, de koning van Juda, deze gruwelen gedaan heeft, erger doende dan al wat de Amorieten gedaan hebben, die voor hem geweest zijn, ja, ook Juda door zijn drekgoden heeft doen zondigen;
12 Daarom, alzo zegt de HEERE, de God Israels: Ziet, Ik zal een kwaad over Jeruzalem en Juda brengen, dat een ieder, die het hoort, beide zijn oren klinken zullen.
13 En Ik zal over Jeruzalem het meetsnoer van Samaria trekken, mitsgaders het paslood van het huis van Achab; en Ik zal Jeruzalem uitwissen, gelijk als men een schotel uitwist; men wist dien uit, en men keert hem om op zijn holligheid.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.