2 Kronieken 29:3

3 Dezelve deed in het eerste jaar zijner regering, in de eerste maand, de deuren van het huis des HEEREN open, en beterde ze.

2 Kronieken 29:3 Meaning and Commentary

2 Chronicles 29:3

He in the first year of his reign, in the first month
And, as appears from ( 2 Chronicles 29:17 ) , on the first day of the month:

opened the doors of the house of the Lord;
which his father had shut, ( 2 Chronicles 28:24 )

and repaired them;
or strengthened them, the hinges, and other parts of them, being loosened and weakened; and ornamented them by overlaying them with gold, the plates of which very probably his father had taken off; for, certain it is, Hezekiah overlaid them, and very probably at this time, see ( 2 Kings 18:16 ) .

2 Kronieken 29:3 In-Context

1 Jehizkia werd koning, vijf en twintig jaren oud zijnde, en regeerde negen en twintig jaren te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Abia, een dochter van Zacharia.
2 En hij deed dat recht was in de ogen des HEEREN, naar alles, wat zijn vader David gedaan had.
3 Dezelve deed in het eerste jaar zijner regering, in de eerste maand, de deuren van het huis des HEEREN open, en beterde ze.
4 En hij bracht de priesteren en de Levieten in, en hij verzamelde ze in de Ooststraat.
5 En hij zeide tot hen: Hoort mij, o Levieten; heiligt nu uzelven, en heiligt het huis des HEEREN, des Gods uwer vaderen, en brengt de onreinigheid uit van het heiligdom.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.