2 Samuël 18:20

20 Maar Joab zeide tot hem: Gij zult dezen dag geen boodschapper zijn, maar op een anderen dag zult gij boodschappen; dezen dag nu zult gij niet boodschappen, daarom dat des konings zoon dood is.

2 Samuël 18:20 Meaning and Commentary

2 Samuel 18:20

And Joab said unto him, thou shall not bear tidings this day,
&c.] Because Joab knew the tidings of Absalom's death would not be acceptable to the king; and Ahimaaz being a good man, and the son of a priest, for whom Joab had a respect, he would not send the tidings by him, which he was sensible would not recommend him to the king:

but thou shalt bear tidings another day;
when any salvation is wrought, or victory obtained, the tidings of which will be welcome:

but this day thou shall bear no tidings, because the king's son is
dead;
and thou must carry the news concerning his death, which it is not proper thou shouldest, being a priest, nor will it be to thine advantage.

2 Samuël 18:20 In-Context

18 Absalom nu had genomen, en in zijn leven voor zich opgericht een pilaar, die in het koningsdal is; want hij zeide: Ik heb geen zoon, om aan mijn naam te doen gedenken; en hij had dien pilaar genoemd naar zijn naam; daarom wordt hij tot op dezen dag genoemd: Absaloms hand.
19 Toen zeide Ahimaaz, Zadoks zoon: Laat mij toch heenlopen, en den koning boodschappen, dat de HEERE hem recht gedaan heeft van de hand zijner vijanden.
20 Maar Joab zeide tot hem: Gij zult dezen dag geen boodschapper zijn, maar op een anderen dag zult gij boodschappen; dezen dag nu zult gij niet boodschappen, daarom dat des konings zoon dood is.
21 En Joab zeide tot Cuschi: Ga heen, en zeg den koning aan, wat gij gezien hebt; en Cuschi boog zich voor Joab, en liep heen.
22 Doch Ahimaaz, Zadoks zoon, voer nog voort en zeide tot Joab: Wat het ook zij, laat mij toch ook Cuschi achterna lopen. En Joab zeide: Waarom zoudt gij nu heenlopen, mijn zoon! Zo gij toch geen bekwame boodschap hebt?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.