Daniël 2:41

41 En dat gij gezien hebt de voeten en de tenen, ten dele van pottenbakkersleem, en ten dele van ijzer, dat zal een gedeeld koninkrijk zijn, doch daar zal van des ijzers vastigheid in zijn, ten welken aanzien gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig leem;

Daniël 2:41 Meaning and Commentary

Daniel 2:41

And whereas thou sawest the feet and toes, part of potter's
clay, and part of iron
That is, some of the toes of the feet were of iron, and others of them of clay: these toes, which are ten, as the toes of men are, design the ten kings or kingdoms, into which the western Roman empire was divided, by the coming in of the Goths, and Hunns, and Vandals, into it; and are the same with the ten horns of the beast, and the ten kings which gave their kingdoms to it, ( Revelation 13:1 ) ( Revelation 17:12 Revelation 17:13 Revelation 17:17 ) , (See Gill on Revelation 17:12), (See Gill on Revelation 17:13), (See Gill on Revelation 17:17), (See Gill on Daniel 7:24), some of which were strong like iron, and continued long; others were like clay, and of a less duration: the kingdom shall be divided;
which some understand of the division of it into the eastern and western empires; but rather it means the division of the latter into the ten kingdoms, set up in it by the barbarous nations. Abarbinel and Jacchiades interpret it of the Roman empire being divided into Mahometans and Christians, very wrongly: but there shall be in it of the strength the iron, forasmuch as thou
sawest the iron mixed with miry clay;
notwithstanding this irruption and inundation of the northern nations into the empire; yet still retained, something of the strength and power of the old Romans, which were mingled among those barbarous nations, comparable to miry clay.

Daniël 2:41 In-Context

39 En na u zal een ander koninkrijk opstaan, lager dan het uwe; daarna een ander, het derde koninkrijk van koper, hetwelk heersen zal over de gehele aarde.
40 En het vierde koninkrijk zal hard zijn, gelijk ijzer; aangezien het ijzer alles vermaalt en verzwakt; gelijk nu het ijzer, dat zulks alles verbreekt, alzo zal het vermalen en verbreken.
41 En dat gij gezien hebt de voeten en de tenen, ten dele van pottenbakkersleem, en ten dele van ijzer, dat zal een gedeeld koninkrijk zijn, doch daar zal van des ijzers vastigheid in zijn, ten welken aanzien gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig leem;
42 En de tenen der voeten, ten dele ijzer, en ten dele leem; dat koninkrijk zal ten dele hard zijn, en ten dele broos.
43 En dat gij gezien hebt ijzer vermengd met modderig leem, zij zullen zich wel door menselijk zaad vermengen, maar zij zullen de een aan den ander niet hechten, gelijk als zich ijzer met leem niet vermengt.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.