Deuteronomium 34:8

8 En de kinderen Israels beweenden Mozes, in de vlakke velden van Moab, dertig dagen; en de dagen des wenens, van den rouw over Mozes, werden voleindigd.

Deuteronomium 34:8 Meaning and Commentary

Deuteronomy 34:8

And the children of Israel wept for Moses in the plains of
Moab thirty days
According both to Josephus F14 and the Samaritan Chronicle F15, they cried and wept in a very vehement manner, when he signified to them his approaching death, and took his leave of them; and when he was dead they mourned for him, in a public manner, the space of time here mentioned, the time of mourning for his brother Aaron, ( Numbers 20:29 ) ;

so the days of weeping [and] mourning for Moses were ended;
on the eighth of Nisan or March, as says the Targum of Jonathan, and on the "ninth" they prepared their vessels and their cattle for a march, and on the tenth passed over Jordan, and on the "sixteenth" the manna ceased, according to the said paraphrase.


FOOTNOTES:

F14 Ut supra. (De Bello Jud. l. 4. c. 8. sect. 49.)
F15 Apud Hottinger, p. 456.

Deuteronomium 34:8 In-Context

6 En Hij begroef hem in een dal, in het land van Moab, tegenover Beth-Peor; en niemand heeft zijn graf geweten, tot op dezen dag.
7 Mozes nu was honderd en twintig jaren oud, als hij stierf; zijn oog was niet donker geworden, en zijn kracht was niet vergaan.
8 En de kinderen Israels beweenden Mozes, in de vlakke velden van Moab, dertig dagen; en de dagen des wenens, van den rouw over Mozes, werden voleindigd.
9 Jozua nu, de zoon van Nun, was vol van den Geest der wijsheid; want Mozes had zijn handen op hem gelegd; zo hoorden de kinderen Israels naar hem, en deden gelijk als de HEERE Mozes geboden had.
10 En er stond geen profeet meer op in Israel, gelijk Mozes, dien de HEERE gekend had, van aangezicht tot aangezicht,
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.