Esther 8:10

10 En men schreef in den naam van den koning Ahasveros, en men verzegelde het met des konings ring; en men zond de brieven door de hand der lopers te paard, rijdende op snelle kemelen, op muildieren, van merrien geteeld;

Esther 8:10 Meaning and Commentary

Esther 8:10

And he wrote in the King Ahasuerus' name, and sealed it with
the king's ring
Which gave the letters authority, and made them irreversible, and for this Mordecai had the king's order, ( Esther 8:8 )

and sent letters by post;
by runners or couriers:

on horseback;
that rode on horses that were racers, that ran swiftly:

and riders on mules, camels, and young dromedaries;
which were all different creatures, and swift ones, according to our version, especially the latter; see ( Jeremiah 2:23 ) which were a kind of camels, but swifter, and would go more than one hundred miles a day F1; and, as Diodorus Siculus says F2, not less than 1500 furlongs or about two hundred miles: though it may be only one sort are meant, namely, "mules", for the next word, "ahashteranim", in the Persian language signifies mules F3, and so Aben Ezra interprets it, and likewise Kimchi and Ben Melech; and the last words may be rendered "sons of mares", so David de Pomis; that is, such mules as are gendered by he asses and mares: and so the same writer observes, that the word in the Arabic language signifies "mares"; and such mules that come from them he says are stronger than those that come from she asses; so that the whole may be rendered to this sense, "riders on mules", (which in the Persian language are called "ahashteranim",) namely, such as are "sons of mares"; and which according to Aelianus F4 and Pliny F5 are the swiftest; though the Persians had camels swifter than are common elsewhere, called "revatrie", the "goer", which trot as fast as an horse can gallop F6.


FOOTNOTES:

F1 Isidor. Origin. l. 12. c. 1. Vid. Strabo Geograph. l. 15. p. 498.
F2 Bibliothec. l. 19. p. 683.
F3 Castell. Dictionar. Persic. col. 29. Hottinger. Smegma Oriental l. 1. c. 5. p. 75.
F4 De Animal. l. 16. c. 9.
F5 Nat. Hist. l. 8. c. 44.
F6 Universal History, vol. 5. p. 88.

Esther 8:10 In-Context

8 Schrijft dan gijlieden voor de Joden, zoals het goed is in uw ogen, in des konings naam, en verzegelt het met des konings ring; want het schrift, dat in des konings naam geschreven, en met des konings ring verzegeld is, is niet te wederroepen.
9 Toen werden des konings schrijvers geroepen, ter zelfder tijd, in de derde maand (zij is de maand Sivan), op den drie en twintigsten derzelve, en er werd geschreven naar alles, wat Mordechai gebood, aan de Joden, en aan de stadhouders, en landvoogden, en oversten der landschappen, die van Indie af tot aan Morenland strekken, honderd zeven en twintig landschappen, een ieder landschap naar zijn schrift, een ieder volk naar zijn spraak; ook aan de Joden naar hun schrift en naar hun spraak.
10 En men schreef in den naam van den koning Ahasveros, en men verzegelde het met des konings ring; en men zond de brieven door de hand der lopers te paard, rijdende op snelle kemelen, op muildieren, van merrien geteeld;
11 Dat de koning den Joden toeliet, die in elke stad waren, zich te vergaderen, en voor hun leven te staan, om te verdelgen, om te doden en om om te brengen alle macht des volks en des landschaps, die hen benauwen zou, de kleine kinderen en de vrouwen, en hun buit te roven;
12 Op een dag in al de landschappen van den koning Ahasveros, op den dertienden der twaalfde maand; deze is de maand Adar.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.