Exodus 9:17

17 Verheft gij uzelven nog tegen Mijn volk, dat gij het niet wilt laten trekken?

Exodus 9:17 Meaning and Commentary

Exodus 9:17

As yet exaltest thou thyself against my people, that thou wilt
not let them go?
] And so against God himself, disobeying his commands, despising his messengers, and slighting his miracles, and hardening his heart against him, and refusing to let Israel go, after all; thereby showing the most intolerable pride and insolence not only against the Lord's poor people, but against himself, for what is done to them he takes as done to himself; or "dost thou still tread upon my people?"


FOOTNOTES:

F5 trample them under foot, and make an highway or causeway of them.
F5 (ymeb llwtom Kdwe) "adhuc tu calcas populum meum?" some in Drusius; so Jarchi.

Exodus 9:17 In-Context

15 Want nu heb Ik Mijn hand uitgestrekt, opdat Ik u en uw volk met de pestilentie zou slaan, en dat gij van de aarde zoudt verdelgd worden.
16 Maar waarlijk, daarom heb Ik u verwekt, opdat Ik Mijn kracht aan u betoonde, en opdat men Mijn Naam vertelle op de ganse aarde.
17 Verheft gij uzelven nog tegen Mijn volk, dat gij het niet wilt laten trekken?
18 Zie, Ik zal morgen omtrent dezen tijd een zeer zware hagel doen regenen, desgelijks in Egypte niet geweest is van dien dag af, dat het gegrond is, tot nu toe.
19 En nu, zend heen, vergader uw vee, en alles wat gij op het veld hebt; alle mens en gedierte, dat op het veld gevonden zal worden, en niet in huis verzameld zal zijn, als deze hagel op hen vallen zal, zo zullen zij sterven.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.