Ezechiël 1:2

2 Op den vijfden derzelve maand (dit was het vijfde jaar van de wegvoering van den koning Jojachin),

Ezechiël 1:2 Meaning and Commentary

Ezekiel 1:2

In the fifth [day] of the month
The month Tammuz, as before:

(which [was] the fifth year of Jehoiachin's captivity)
; the same with Jeconiah and Coniah, as he is sometimes called; he was taken by the king of Babylon, when he had reigned but three months, and his captivity held seven and thirty years, ( 2 Kings 24:8 2 Kings 24:12 ) ( 25:27 ) .

Ezechiël 1:2 In-Context

1 In het dertigste jaar, in de vierde maand, op den vijfden derzelve maand, als ik in het midden der weggevoerden was bij de rivier Chebar, zo geschiedde het, dat de hemelen werden geopend, en ik gezichten Gods zag.
2 Op den vijfden derzelve maand (dit was het vijfde jaar van de wegvoering van den koning Jojachin),
3 Geschiedde het woord des HEEREN uitdrukkelijk tot Ezechiel, den zoon van Buzi, den priester, in het land der Chaldeen, bij de rivier Chebar; en de hand des HEEREN was daar op hem.
4 Toen zag ik, en ziet, een stormwind kwam van het noorden af, een grote wolk, en een vuur daarin vervangen, en een glans was rondom die wolk; en uit het midden daarvan was als de verf van Hasmal, uit het midden des vuurs.
5 En uit het midden daarvan kwam de gelijkenis van vier dieren; en dit was hun gedaante: zij hadden de gelijkenis van een mens;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.