Jesaja 19:21

21 En de HEERE zal den Egyptenaren bekend worden, en de Egyptenaars zullen den HEERE kennen te dien dage; en zij zullen Hem dienen met slachtoffer, en spijsoffer, en zij zullen den HEERE een gelofte beloven en betalen.

Jesaja 19:21 Meaning and Commentary

Isaiah 19:21

And the Lord shall be known to Egypt
The means of knowing him would be granted them; which were partly through the Bible being translated into the Greek language, at the request of Ptolemy king of Egypt, which was then understood in that country, and this was a considerable time before the coming of Christ; and chiefly through the Gospel being brought hither by the Evangelist Mark, and others, whereby many of them were brought to a spiritual, experimental, and evangelical knowledge of Christ:

and the Egyptians shall know the Lord;
own and acknowledge him, profess faith in him, hope of happiness by him, love of him, and subjection to him, his Gospel and ordinances:

and shall do sacrifice and oblation;
not such sacrifice and oblation as were enjoined by the ceremonial law, since those would be now abrogated; but the spiritual sacrifices of prayer, praise, and good works, and of the presentation of themselves, as a holy, living, and acceptable sacrifice to God, their reasonable service: under these ceremonial rites is signified the whole spiritual worship of the New Testament:

yea, they shall vow a vow unto the Lord, and perform [it];
lay themselves under obligation to serve the Lord, and act according to it; see ( Ecclesiastes 5:4 Ecclesiastes 5:5 ) and this is to be understood not of legal vows, as that of the Nazarite, or any other, but of the spiritual one of praise and thanksgiving; see ( Psalms 50:14 ) ( 65:1 ) .

Jesaja 19:21 In-Context

19 Te dien dage zal de HEERE een altaar hebben in het midden van Egypteland, en een opgericht teken aan haar landpalen voor den HEERE.

20 En het zal zijn tot een teken, en tot een getuigenis den HEERE der heirscharen in Egypteland, want zij zullen tot den HEERE roepen vanwege de verdrukkers, en Hij zal hun een Heiland en Meester zenden, Die zal hen verlossen.

21 En de HEERE zal den Egyptenaren bekend worden, en de Egyptenaars zullen den HEERE kennen te dien dage; en zij zullen Hem dienen met slachtoffer, en spijsoffer, en zij zullen den HEERE een gelofte beloven en betalen.

22 En de HEERE zal de Egyptenaars dapper slaan, en genezen; en zij zullen zich tot den HEERE bekeren, en Hij zal Zich van hen verbidden laten, en Hij zal hen genezen.

23 Te dien dage zal er een gebaande weg wezen van Egypte in Assyrie, dat de Assyriers in Egypte, en de Egyptenaars in Assyrie komen zullen; en de Egyptenaars zullen met de Assyriers den Heere dienen.