Jesaja 40:25

25 Bij wien dan zult gijlieden Mij vergelijken, dien Ik gelijk zij? zegt de Heilige.

Jesaja 40:25 Meaning and Commentary

Isaiah 40:25

To whom then will ye liken me, or shall I be equal, saith the
Holy One?
] Or be upon a level with? since the greatest of men on earth are brought to nothing by him, and are no more: this is repeated from ( Isaiah 40:18 ) and supported with fresh strength of argument, to show that there is nothing whatever, that is a fit likeness and similitude, by which to represent the Lord.

Jesaja 40:25 In-Context

23 Die de vorsten te niet maakt; de richters der aarde maakt Hij tot ijdelheid.
24 Ja, zij worden niet geplant, ja, zij worden niet gezaaid, ja, hun afgehouwen stam wortelt niet in de aarde; ook als Hij op hen blazen zal, zo zullen zij verdorren, en een stormwind zal hen als een stoppel wegnemen.
25 Bij wien dan zult gijlieden Mij vergelijken, dien Ik gelijk zij? zegt de Heilige.
26 Heft uw ogen op omhoog, en ziet, Wie deze dingen geschapen heeft; Die in getal hun heir voortbrengt; Die ze alle bij name roept, vanwege de grootheid Zijner krachten, en omdat Hij sterk van vermogen is; er wordt er niet een gemist.
27 Waarom zegt gij dan, o Jakob! en spreekt, o Israel! mijn weg is voor den HEERE verborgen, en mijn recht gaat van mijn God voorbij?
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.