Leviticus 13:54

54 Zo zal de priester gebieden, dat men hetgeen, waaraan die plaag is, wasse, en hij zal dat andermaal zeven dagen doen opsluiten.

Leviticus 13:54 Meaning and Commentary

Leviticus 13:54

Then the priest shall command that they wash [the thing]
wherein the plague [is]
The priest did not wash it himself, but ordered others to do it; and this was either the part in which the plague was, or the whole garment or skin in which it was; which may be typical of the washing of the garments of men in the blood of Christ, which cleanses from all sin, ( Revelation 7:14 ) ( 1 John 1:7 ) ( Zechariah 13:1 ) : and he shall shut it up seven days more:
the garment or skin in which the leprosy was, or suspected to be, to see what alteration would be made by that time through the washing, whether the colour would be altered, or whether it would spread any more or not.

Leviticus 13:54 In-Context

52 Daarom zal hij dat kleed, of die werpte, of dien inslag van wol, of van linnen, of alle vellentuig, waarin die plaag zal zijn, verbranden; want het is een knagende melaatsheid; het zal met vuur verbrand worden.

53 Doch indien de priester zal zien, dat, ziet, de plaag aan het kleed, of aan den scheerdraad, of aan den inslag, of aan enig vellentuig niet uitgespreid is;

54 Zo zal de priester gebieden, dat men hetgeen, waaraan die plaag is, wasse, en hij zal dat andermaal zeven dagen doen opsluiten.

55 Als de priester, nadat het gewassen is, de plaag zal bezien hebben, dat, ziet, de plaag haar gedaante niet veranderd heeft, en de plaag niet uitgespreid is, het is onrein, gij zult het met vuur verbranden; het is een ingraving aan zijn achterste of aan zijn voorste zijde.

56 Indien nu de priester merken zal, dat, ziet, die plaag, nadat zij zal gewassen zijn, ingetrokken is; dan zal hij ze van het kleed, of van het vel, of van den scheerdraad, of van den inslag afscheuren.