Leviticus 17:4

4 En dezelve aan de deur van de tent der samenkomst niet brengen zal, om een offerande den HEERE voor den tabernakel des HEEREN te offeren; het bloed zal dienzelven man toegerekend worden, hij heeft bloed vergoten; daarom zal dezelve man uit het midden zijns volks uitgeroeid worden;

Leviticus 17:4 Meaning and Commentary

Leviticus 17:4

And bringeth it not unto the door of the tabernacle of the
congregation
Near to which stood the altar of burnt offering to offer it upon, and the priests ready for such service: now the Lord would have every sacrifice brought thither

to offer an offering to the Lord before the tabernacle of the Lord;
that it might be offered publicly, and be known to be offered to the Lord, and not to idols or devils, as in ( Leviticus 17:7 ) ; and so to prevent private idolatry, and private persons from intruding into the priest's office; and this was typical of the acceptance of all spiritual sacrifices in the church of God, through Christ the minister of the tabernacle, which God pitched, and not man; and who is the door into the house of God, where such sacrifices are publicly to be offered up:

blood shall be imputed unto that man, he hath shed blood;
which though it was only the blood of a beast, yet being shed as a sacrifice for man, and typical of the blood of Christ to be shed for man, was sacred and precious to God; and therefore he resented the shedding of it to any but himself, or by any person, or in any place but by his appointment; such a man was to be punished as a murderer, idolatry being equally heinous in the sight of God as murder, see ( Isaiah 66:3 ) ;

and that man shall be cut off from among his people;
not merely excommunicated from the church of God, deprived of the privileges of his house, but even put to death; for such a man was guilty of blood, that is, of death, and therefore to be put to death either by the hand of the civil magistrate, if his case was known and came under their cognizance, or by the immediate hand of God by a premature death, which seems to be chiefly intended; also see ( Leviticus 17:10 ) .

Leviticus 17:4 In-Context

2 Spreek tot Aaron, en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israels, en zeg tot hen: Dit is het woord, hetwelk de HEERE geboden heeft, zeggende:

3 Een ieder van het huis Israels, die een os, of lam, of geit in het leger slachten zal, of die ze slachten zal buiten het leger;

4 En dezelve aan de deur van de tent der samenkomst niet brengen zal, om een offerande den HEERE voor den tabernakel des HEEREN te offeren; het bloed zal dienzelven man toegerekend worden, hij heeft bloed vergoten; daarom zal dezelve man uit het midden zijns volks uitgeroeid worden;

5 Opdat, wanneer de kinderen Israels hun slachtofferen brengen, welke zij op het veld slachten, dat zij die den HEERE toebrengen, aan de deur van de tent der samenkomst tot den priester, en dezelve tot dankofferen den HEERE slachten.

6 En de priester zal het bloed op het altaar des HEEREN, aan de deur van de tent der samenkomst, sprengen; en hij zal het vet aansteken, tot een liefelijken reuk den HEERE.