Lukas 21:4

4 Want die allen hebben van hun overvloed geworpen tot de gaven Gods; maar deze heeft van haar gebrek, al den leeftocht, dien zij had, daarin geworpen.

Lukas 21:4 Meaning and Commentary

Luke 21:4

For all these have of their abundance
Which they had remaining; the same Hebrew word (rty) signifying to remain, and to abound: they had large possessions, and gave in much, and yet had a great deal left; out of which they cast in unto the offerings of God;
or "gifts of God": not as gifts unto him; or among the gifts of God; but into the treasury where the gifts, and freewill offerings were put; the same with the "Corban", in ( Matthew 27:6 ) and so the Syriac version here renders it, "the house of the offering of God": and it is expressed in the plural; because there were several chests, in which these gifts were put, for various uses; (See Gill on Mark 12:41) but she of her penury hath cast in all the living she had;
(See Gill on Mark 12:44).

Lukas 21:4 In-Context

2 En Hij zag ook een zekere arme weduwe twee kleine penningen daarin werpen.
3 En Hij zeide: Waarlijk, Ik zeg u, dat deze arme weduwe meer dan allen heeft in geworpen.
4 Want die allen hebben van hun overvloed geworpen tot de gaven Gods; maar deze heeft van haar gebrek, al den leeftocht, dien zij had, daarin geworpen.
5 En als sommigen zeiden van den tempel, dat hij met schonen stenen en begiftigingen versierd was, zeide Hij:
6 Wat deze dingen aangaat, die gij aanschouwt, er zullen dagen komen, in welke niet een steen op den anderen steen zal gelaten worden, die niet zal worden afgebroken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.