Markus 6:38

38 En Hij zeide tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet het. En toen zij het vernomen hadden, zeiden zij: Vijf, en twee vissen.

Markus 6:38 Meaning and Commentary

Mark 6:38

And he saith unto them, how many loaves have ye?
&c.] This he said, not as ignorant, but as willing to try their faith yet more, and that the after miracle might be more manifest and illustrious:

go and see;
meaning, either that they should examine their own store, if they had any; or rather go and see what was to be had upon the spot, among the company, for money;

and when they knew, they say five loaves and two fishes:
when they had made inquiry what provisions there were, and the most that could be got at any rate, they tell him, Andrew, Simon Peter's brother, particularly, that there was a boy among the multitude that had five barley loaves, and two small fishes; and, at the same time, suggests, that they were nothing for so great a company.

Markus 6:38 In-Context

36 Laat ze van U, opdat zij heengaan in de omliggende dorpen en vlekken, en broden voor zichzelven mogen kopen; want zij hebben niet, wat zij eten zullen.
37 Maar Hij, antwoordende, zeide tot hen: Geeft gij hun te eten. En zij zeiden tot Hem: Zullen wij heengaan, en kopen voor tweehonderd penningen brood, en hun te eten geven?
38 En Hij zeide tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet het. En toen zij het vernomen hadden, zeiden zij: Vijf, en twee vissen.
39 En Hij gebood hun, dat zij hen allen zouden doen nederzitten bij waardschappen, op het groene gras.
40 En zij zaten neder in gedeelten bij honderd te zamen, en bij vijftig te zamen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.