1 Samuël 19:9-19

9 Doch de boze geest des HEEREN was over Saul, en hij zat in zijn huis, en zijn spies was in zijn hand; en David speelde op snarenspel met de hand;
10 Saul nu zocht met de spies David aan den wand te spitten, doch hij ontweek van het aangezicht van Saul, die met de spies in den wand sloeg. Toen vlood David, en ontkwam in dienzelfden nacht.
11 Maar Saul zond boden heen tot Davids huis, dat zij hem bewaarden, en dat zij hem des morgens doodden. Dit gaf Michal, zijn huisvrouw, David te kennen, zeggende: Indien gij uw ziel dezen nacht niet behoedt, zo zult gij morgen gedood worden.
12 En Michal liet David door een venster neder, en hij ging heen, en vluchtte, en ontkwam.
13 En Michal nam een beeld, en zij legde het in het bed, en zij legde een geitenvel aan zijn hoofdpeluw, en dekte het met een kleed toe.
14 Saul nu zond boden, om David te halen. Zij dan zeide: Hij is ziek.
15 Toen zond Saul boden, om David te bezien, zeggende: Breng hem op het bed tot mij op, dat men hem dode.
16 Als de boden kwamen, zo ziet, er was een beeld in het bed, en er was een geitenvel aan zijn hoofdpeluw.
17 Toen zeide Saul tot Michal: Waarom hebt gij mij alzo bedrogen en hebt mijn vijand laten gaan, dat hij ontkomen is? Michal nu zeide tot Saul: Hij zeide tot mij: Laat mij gaan, waarom zou ik u doden?
18 Alzo vluchtte David en ontkwam, en hij kwam tot Samuel te Rama, en hij gaf hem te kennen al wat Saul hem gedaan had; en hij en Samuel gingen heen, en zij bleven te Najoth.
19 En men boodschapte Saul, zeggende: Zie, David is te Najoth, bij Rama.

1 Samuël 19:9-19 Meaning and Commentary

INTRODUCTION TO FIRST SAMUEL 19

This chapter relates the dangers David was exposed unto through Saul's enmity at him, and his deliverance from them, as by the notice Jonathan gave him of his father's designs against him, and by his kind interposition on his behalf, 1Sa 19:1-7; by David's slipping out of Saul's presence, when he was about to cast a javelin at him, 1Sa 19:8-10; by Michal's letting him down through a window, when Saul sent messengers to kill him, and by deceiving them with an image laid in his bed in the room of him, 1Sa 19:11-17, and again by Samuel's protection of him at Naioth, whither David fled, and where Saul sent messengers after him, and at length came himself; and instead of laying hands on David, both he and the messengers were set a prophesying, 1Sa 19:18-24.

The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.