1 Koningen 13:30

30 En hij legde zijn dood lichaam in zijn graf; en zij maakten over hem een weeklage: Ach, mijn broeder!

1 Koningen 13:30 Meaning and Commentary

1 Kings 13:30

And he laid his carcass in his own grave
Which he had prepared for himself; for, as he came from Samaria, it could not be the sepulchre of his fathers; and this was showing all the respect, and doing all the honour to him, he well could:

and they mourned over him;
the prophet and his sons: saying,

alas, my brother;
which was an usual form of lamentation at funerals in later times, see ( Jeremiah 22:18 ) .

1 Koningen 13:30 In-Context

28 Toen toog hij heen, en vond zijn dood lichaam geworpen op den weg, en den ezel, en den leeuw, staande bij het dode lichaam; de leeuw had het dode lichaam niet gegeten, en den ezel niet gebroken.
29 Toen nam de profeet het dode lichaam van den man Gods op, en legde dat op den ezel, en voerde het wederom; zo kwam de oude profeet in de stad om rouw te bedrijven en hem te begraven.
30 En hij legde zijn dood lichaam in zijn graf; en zij maakten over hem een weeklage: Ach, mijn broeder!
31 Het geschiedde nu, nadat hij hem begraven had, dat hij sprak tot zijn zonen, zeggende: Als ik zal gestorven zijn, zo begraaft mij in dat graf, waarin de man Gods begraven is, en legt mijn beenderen bij zijn beenderen.
32 Want de zaak zal gewisselijk geschieden, die hij door het woord des HEEREN uitgeroepen heeft tegen het altaar, dat te Beth-El is, en tegen al de huizen der hoogten, die in de steden van Samaria zijn.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.