1 Koningen 20:10

10 En Benhadad zond tot hem en zeide: De goden doen mij zo, en doen zo daartoe, indien het stof van Samaria genoeg zal zijn tot handvollen voor al het volk, dat mijn voetstappen volgt!

1 Koningen 20:10 Meaning and Commentary

1 Kings 20:10

And Benhadad sent unto him, and said
That is, to Ahab:

the gods do so unto me, and more also;
bring greater evils upon me than I can think or express:

if the dust of Samaria shall suffice for handfuls for all the people
that follow me,
signifying that he made no doubt of it of reducing it to dust by numbers of men he should bring with him, which would be so many, that if each was to take an handful of dust of the ruins of Samaria, there would not enough for them all; which was an hectoring and parabolical speech, uttered in his wrath and fury.

1 Koningen 20:10 In-Context

8 Doch al de oudsten, en het ganse volk, zeiden tot hem: Hoor niet, en bewillig niet.
9 Daarom zeide hij tot de boden van Benhadad: Zegt mijn heer den koning: Alles, waarom gij in het eerst tot uw knecht gezonden hebt, zal ik doen; maar deze zaak kan ik niet doen. Zo gingen de boden heen en brachten hem bescheid weder.
10 En Benhadad zond tot hem en zeide: De goden doen mij zo, en doen zo daartoe, indien het stof van Samaria genoeg zal zijn tot handvollen voor al het volk, dat mijn voetstappen volgt!
11 Maar de koning van Israel antwoordde en zeide: Spreekt tot hem: Die zich aangordt, beroeme zich niet, als die zich los maakt.
12 En het geschiedde, als hij dit woord hoorde, daar hij was drinkende, hij en de koningen in de tenten, dat hij zeide tot zijn knechten: Legt aan! En zij legden aan tegen de stad.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.