1 Kronieken 2:28

28 En de kinderen van Onam waren Sammai en Jada. En de kinderen van Sammai: Nadab en Abisur.

1 Kronieken 2:28 Meaning and Commentary

1 Chronicles 2:28

And the sons of Onam
The son of Jerahmeel by his other wife:

were Shammai and Jada. And the sons of Shammai; Nadab, and Abishur;
whose posterity are mentioned in the two following verses.

1 Kronieken 2:28 In-Context

26 Jerahmeel had nog een andere vrouw, welker naam was Atara; zij was de moeder van Onam.
27 En de kinderen van Ram, den eerstgeborene van Jerahmeel waren Maaz, en Jamin, en Eker.
28 En de kinderen van Onam waren Sammai en Jada. En de kinderen van Sammai: Nadab en Abisur.
29 De naam nu der huisvrouw van Abisur was Abihail: die baarde hem Achban en Molid.
30 En de kinderen van Nadab waren Seled en Appaim; en Seled stierf zonder kinderen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.