1 Kronieken 7:38

38 De kinderen van Jether nu waren Jefunne, en Pispa, en Ara.

1 Kronieken 7:38 Meaning and Commentary

1 Chronicles 7:38

And the sons of Jether
The same with Ithran, the last of Zophah's sons but one, ( 1 Chronicles 7:37 ) ,

Jephunneh, and Pispah, and Ara;
not Jephunneh the father of Caleb; he was not of the tribe of Asher, but of Judah.

1 Kronieken 7:38 In-Context

36 De kinderen van Zofah waren Suah, en Harnefer, en Sual, en Beri, en Jimra,
37 Bezer, en Hod, en Samma, en Silsa, en Jithran, en Beera.
38 De kinderen van Jether nu waren Jefunne, en Pispa, en Ara.
39 En de kinderen van Ulla waren Arah, en Hanniel, en Rizja.
40 Deze allen waren kinderen van Aser, hoofden der vaderlijke huizen, uitgelezene kloeke helden, hoofden der vorsten; en zij werden in geslachtsregisters geteld ten heire in den krijg; hun getal was zes en twintig duizend mannen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.