2 Koningen 8:11

11 En hij hield zijn gezicht staande, en zette het vast tot schamens toe; en de man Gods weende.

2 Koningen 8:11 Meaning and Commentary

2 Kings 8:11

And he settled his countenance steadfastly
Refrained himself as much as possible, that he might not weep, as some Jewish writers interpret it; or, as others, he turned his face on one side, and covered it with his hands, that Hazael might not see him weep; or rather he set his face on Hazael, and looked at him so wistly:

until he was ashamed;
that is, Hazael; the prophet looked him out of countenance:

and the man of God wept;
at the thought of what calamities the man before him, he looked on, would be the cause of in Israel, as the following words show.

2 Koningen 8:11 In-Context

9 Zo ging Hazael hem tegemoet, en nam een geschenk in zijn hand, te weten, alle goed van Damaskus, een last van veertig kemelen; en hij kwam, en stond voor zijn aangezicht, en zeide: Uw zoon Benhadad, de koning van Syrie, heeft mij tot u gezonden, om te zeggen: Zal ik van deze krankheid genezen?
10 En Elisa zeide tot hem: Ga, zeg, gij zult ganselijk niet genezen; want de HEERE heeft mij getoond, dat hij den dood sterven zal.
11 En hij hield zijn gezicht staande, en zette het vast tot schamens toe; en de man Gods weende.
12 Toen zeide Hazael: Waarom weent mijn heer? En hij zeide: omdat ik weet, wat kwaad gij den kinderen Israels doen zult; gij zult hun sterkten in het vuur zetten, en hun jonge manschap met het zwaard doden, en hun jonge kinderen verpletteren, en hun zwangere vrouwen opensnijden.
13 En Hazael zeide: Maar wat is uw knecht, die een hond is, dat hij deze grote zaak doen zou? En Elisa zeide: De HEERE heeft mij getoond, dat gij koning zijn zult over Syrie.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.