2 Samuël 17:19

19 En de vrouw nam en spreidde een deksel over het opene van den put, en strooide gort daarop. Alzo werd de zaak niet bekend.

2 Samuël 17:19 Meaning and Commentary

2 Samuel 17:19

And the woman took and spread a covering over the well's
mouth
This woman, very probably, was the man's wife of the house, as Abarbinel notes; who took a cloth, and spread it over the well's mouth, that it could not be seen or known that there was a well there:

and spread ground corn thereon:
just taken out of the mill, before it was sifted, while in the bran; or corn unhusked, or just threshed out, in order to be dried in the sun, and then parched; or wheat bruised for that purpose: Josephus says F17 they were locks of wool she spread:

and the thing was not known;
that the young men were in the well.


FOOTNOTES:

F17 Antiqu. l. 7. c. 9. sect. 7.

2 Samuël 17:19 In-Context

17 Jonathan nu en Ahimaaz stonden bij de fontein Rogel; en een dienstmaagd ging henen en zeide het hun aan; en zij gingen henen en zeiden het den koning David aan; want zij mochten zich niet zien laten, dat zij in de stad kwamen.
18 Een jongen dan nog zag hen, en zeide het Absalom aan; doch die beiden gingen haastelijk, en kwamen in eens mans huis te Bahurim, dewelke een put had in zijn voorhof, en zij daalden daarin.
19 En de vrouw nam en spreidde een deksel over het opene van den put, en strooide gort daarop. Alzo werd de zaak niet bekend.
20 Toen nu Absaloms knechten tot de vrouw in het huis kwamen, zeiden zij: Waar zijn Ahimaaz en Jonathan? En de vrouw zeide tot hen: Zij zijn over dat waterriviertje gegaan. En toen zij hen gezocht en niet gevonden hadden, keerden zij weder naar Jeruzalem.
21 En het geschiedde, nadat zij weggegaan waren, zo klommen zij uit den put, en gingen henen en boodschapten het den koning David; en zij zeiden tot David: Maakt ulieden op, en gaat haastelijk over het water, want alzo heeft Achitofel tegen ulieden geraden.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.