Exodus 12:43

43 Voorts zeide de HEERE tot Mozes en Aaron: Dit is de inzetting van het pascha: geen zoon eens vreemdelings zal daarvan eten.

Exodus 12:43 Meaning and Commentary

Exodus 12:43

And the Lord said unto Moses and Aaron
At the same time he acquainted them with the above things: this is the ordinance of the passover;
as before delivered, and these the laws and rules, according to which it is to be observed, as now related, both with respect to the lamb, and to the unleavened bread; and the following is an account of the persons that were to partake of it: there shall no stranger eat thereof,
one that is of another country, an entire Heathen, and unacquainted with, and does not profess the Jewish religion, which was the religion of God.

Exodus 12:43 In-Context

41 En het geschiedde ten einde van de vierhonderd en dertig jaren, zo is het even op denzelfden dag geschied, dat al de heiren des HEEREN uit Egypteland gegaan zijn.
42 Dezen nacht zal men den HEERE op het vlijtigst houden, omdat Hij hen uit Egypteland geleid heeft; deze is de nacht des HEEREN, die op het vlijtigst moet gehouden worden, van al de kinderen Israels, onder hun geslachten.
43 Voorts zeide de HEERE tot Mozes en Aaron: Dit is de inzetting van het pascha: geen zoon eens vreemdelings zal daarvan eten.
44 Doch alle knecht van iedereen, die voor geld gekocht is, nadat gij hem zult besneden hebben, dan zal hij daarvan eten.
45 Geen uitlander noch huurling zal er van eten.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.