Ezechiël 27:1

1 Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende:

Ezechiël 27:1 Meaning and Commentary

Ezekiel 27:1

The word of the Lord came again unto me
Upon the same subject, the destruction of Tyre: saying;
as follows:

Ezechiël 27:1 In-Context

1 Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende:
2 Gij dan, mensenkind! hef een klaaglied op over Tyrus;
3 En zeg tot Tyrus, die daar woont aan de ingangen der zee, handelende met de volken in vele eilanden: Zo zegt de Heere HEERE: O Tyrus! gij zegt: Ik ben volmaakt in schoonheid.
4 Uw landpalen zijn in het hart der zeeen; uw bouwers hebben uw schoonheid volkomen gemaakt.
5 Zij hebben al uw denningen uit dennebomen van Senir gebouwd; zij hebben cederen van den Libanon gehaald, om masten voor u te maken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.