Ezechiël 37:5

5 Alzo zegt de Heere HEERE tot deze beenderen: Ziet, Ik zal den geest in u brengen, en gij zult levend worden.

Ezechiël 37:5 Meaning and Commentary

Ezekiel 37:5

Thus saith the Lord God unto these bones
By the prophet, who was sent to prophesy over them: behold, I will cause breath to enter into you, and ye shall live;
and none could do this but the living God, who breathed the breath of life into Adam at first, and he became a living soul; to which there seems to be an allusion here; and when the Lord puts his Spirit into men, or bestows his grace on them, then they shall live, and not till then.

Ezechiël 37:5 In-Context

3 En Hij zeide tot mij: Mensenkind! zullen deze beenderen levend worden? En ik zeide: Heere HEERE, Gij weet het!

4 Toen zeide Hij tot mij: Profeteer over deze beenderen, en zeg tot dezelve: Gij dorre beenderen! hoort des HEEREN woord.

5 Alzo zegt de Heere HEERE tot deze beenderen: Ziet, Ik zal den geest in u brengen, en gij zult levend worden.

6 En Ik zal zenuwen op u leggen, en vlees op u doen opkomen, en een huid over u trekken, en den geest in u geven, en gij zult levend worden; en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben.

7 Toen profeteerde ik, gelijk mij bevolen was, en er werd een geluid, als ik profeteerde, en ziet een beroering! en de beenderen naderden, elk been tot zijn been.