Jesaja 2:7

7 En hun land is vervuld met zilver en goud, en hunner schatten is geen einde; hun land is ook vervuld met paarden, en hunner wagenen is geen einde.

Jesaja 2:7 Meaning and Commentary

Isaiah 2:7

Their land also is full of silver and gold
Procured by pardons, indulgences, masses, praying souls out of purgatory, tithes, annates, Peter's pence

neither [is there any] end of their treasures;
laid up in the pope's coffers, in their churches, monasteries, and convents:

their land is also full of horses, neither [is there any] end of
their chariots;
for the cardinals, archbishops, bishops to ride on and in. Horses and chariots are mentioned among the wares and merchandise of Rome, in ( Revelation 18:13 ) .

Jesaja 2:7 In-Context

5 Komt, gij huis van Jakob, en laat ons wandelen in het licht des HEEREN.
6 Maar Gij hebt Uw volk, het huis van Jakob, verlaten, want zij zijn vervuld met goddeloosheid, meer dan het oosten, en zij zijn guichelaars gelijk de Filistijnen, en aan de kinderen der vreemden tonen zij hun behagen.
7 En hun land is vervuld met zilver en goud, en hunner schatten is geen einde; hun land is ook vervuld met paarden, en hunner wagenen is geen einde.
8 Ook is hun land vervuld met afgoden; voor het werk hunner handen buigen zij zich neder, voor hetgeen hun vingeren gemaakt hebben.
9 Daar bukt zich de gemene man, en de aanzienlijke man vernedert zich; daarom zult Gij het hun niet vergeven.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.