Job 33:21

21 Dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, die niet gezien werden, uitsteken;

Job 33:21 Meaning and Commentary

Job 33:21

His flesh is consumed away, that it cannot be seen
All being gone, none left to be seen, nothing but skin and bones; and this partly through the vehemence of strong pain, and partly through the nausea of food; not being able to take anything for nourishment and the support of the fluids, and so quite emaciated:

and his bones [that] were not seen stick out:
which before were covered with flesh and fat, so that they could not be seen; but now the flesh and fat being wasted, they seem as if they rose up in an eminence, and stood out to be beheld; this was also Job's case, being reduced to a mere skeleton, ( Job 19:20 ) . Elihu, in this description of an afflicted man, seems to have Job chiefly in view, and by this would intimate to him that God had been, and was speaking to him by those afflictions, which he would do well to advert unto.

Job 33:21 In-Context

19 Ook wordt hij gestraft met smart op zijn leger, en de sterke menigte zijner beenderen;

20 Zodat zijn leven het brood zelf verfoeit, en zijn ziel de begeerlijke spijze;

21 Dat zijn vlees verdwijnt uit het gezicht, en zijn beenderen, die niet gezien werden, uitsteken;

22 En zijn ziel nadert ten verderve, en zijn leven tot de dingen, die doden.

23 Is er dan bij Hem een Gezant, een Uitlegger, een uit duizend, om den mens zijn rechten plicht te verkondigen;