Jozua 15:3

3 En zij gaat uit naar het zuiden tot den opgang van Akrabbim, en gaat door naar Zin, en gaat op van het zuiden naar Kades-Barnea, en gaat door Hezron, en gaat op naar Adar, en gaat om Karkaa;

Jozua 15:3 Meaning and Commentary

Joshua 15:3

And it went out to the south side of Maalehacrabbim
Or the ascent of Akrabbim, as it is called, (See Gill on Numbers 34:4):

and passed along to Zin, and ascended upon the south side unto
Kadeshbarnea;
which perfectly agrees with the southern border of the land, as described in ( Numbers 34:4 ) ;

and passed along to Hezron, and went up to Adar;
which two places being near to one another, as is very likely, are put together, as if one place, and called Hazaraddar, ( Numbers 34:4 ) ; and mention is made of Hezron, which is Hazor, ( Joshua 15:25 ) ; but not of Adar:

and fetched a compass to Karkaa;
which Jerom F23 calls Acchara, a village in the wilderness; and if the same with Carcaria, it was according to him a day's journey from Petra in Idumea; but that is not likely; see ( Judges 8:10 ) .


FOOTNOTES:

F23 De loc. Heb. fol. 88. E. 90. C.

Jozua 15:3 In-Context

1 En het lot voor den stam der kinderen van Juda, naar hun huisgezinnen, was: aan de landpale van Edom, de woestijn Zin, zuidwaarts, was het uiterste tegen het zuiden;
2 Zodat hun landpale, tegen het zuiden, het uiterste van de Zoutzee was, van de tong af, die tegen het zuiden ziet;
3 En zij gaat uit naar het zuiden tot den opgang van Akrabbim, en gaat door naar Zin, en gaat op van het zuiden naar Kades-Barnea, en gaat door Hezron, en gaat op naar Adar, en gaat om Karkaa;
4 En gaat door naar Azmon, en komt uit aan de beek van Egypte; en de uitgangen dezer landpale zullen naar de zee zijn. Dit zal uw landpale tegen het zuiden zijn.
5 De landpale nu tegen het oosten zal de Zoutzee zijn, tot aan het uiterste van de Jordaan; en de landpale, aan de zijde tegen het noorden, zal zijn van de tong der zee, van het uiterste van de Jordaan.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.