Leviticus 3:11

11 En de priester zal dat aansteken op het altaar; het is een spijs des vuuroffers den HEERE.

Leviticus 3:11 Meaning and Commentary

Leviticus 3:11

And the priest shall burn it upon the altar
The fat of the tail, of the inwards, the two kidneys, and the caul of the liver:

[it is] the food of the offering made by fire unto the Lord;
or "bread"; this part of the offering that was burnt belonged to the Lord; it was his food, and what was accepted of by him, and therefore is elsewhere called the bread of God, ( Leviticus 21:8 Leviticus 21:22 ) ( Numbers 28:2 ) .

Leviticus 3:11 In-Context

9 Daarna zal hij van dat dankoffer een vuuroffer den HEERE offeren; zijn vet, den gehele staart, dien hij dicht aan de ruggegraat zal afnemen, en het vet bedekkende het ingewand, en al het vet, dat aan het ingewand is;
10 Ook beide de nieren, en het vet, dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net over de lever met de nieren, zal hij afnemen.
11 En de priester zal dat aansteken op het altaar; het is een spijs des vuuroffers den HEERE.
12 Indien nu zijn offerande een geit is, zo zal hij die offeren voor het aangezicht des HEEREN.
13 En hij zal zijn hand op haar hoofd leggen, en hij zal hem slachten voor de tent der samenkomst; en de zonen van Aaron zullen haar bloed op het altaar sprengen rondom.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.