1 Samuël 30:9

9 David dan ging heen, hij en de zes honderd mannen, die bij hem waren; en als zij kwamen aan de beek Besor, zo bleven de overigen staan.

1 Samuël 30:9 Meaning and Commentary

1 Samuel 30:9

So David went, he and the six hundred men that [were] with him,
&c.] Encouraged by the oracle of the Lord:

and came to the brook Besor;
which Adrichomius F17 places in the tribe of Simeon; it is thought to be near Gaza. Aristaeus F18 speaks of brooks that flowed by Gaza and Ashdod, places that belonged to the Philistines; some take it to be the river of the wilderness in Amos, (See Gill on Amos 6:14):

where those that were left behind stayed:
or a part of them were left, as the Targum; all the six hundred came to this brook, but two hundred of them were left here, ( 1 Samuel 30:10 ) shows, and stayed here till the rest returned; for this is not to be understood of any that were left behind at Ziklag, for all came from thence to this brook.


FOOTNOTES:

F17 Theatrum Terrae Sanct. p. 133.
F18 Hist. 72. Interpret. p. 41.

1 Samuël 30:9 In-Context

7 En David zeide tot den priester Abjathar, den zoon van Achimelech: Breng mij toch den efod hier. En Abjathar bracht den efod tot David.
8 Toen vraagde David den HEERE, zeggende: Zal ik deze bende achternajagen? Zal ik ze achterhalen? En Hij zeide tot hem: Jaag na, want gij zult gewisselijk achterhalen, en gij zult gewisselijk verlossen.
9 David dan ging heen, hij en de zes honderd mannen, die bij hem waren; en als zij kwamen aan de beek Besor, zo bleven de overigen staan.
10 En David vervolgde hen, hij en die vierhonderd mannen; en tweehonderd mannen bleven staan, die zo moede waren, dat zij over de beek Besor niet konden gaan.
11 En zij vonden een Egyptischen man op het veld, en zij brachten hem tot David; en zij gaven hem brood, en hij at, en zij gaven hem water te drinken.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.