1 Samuël 30:11

11 En zij vonden een Egyptischen man op het veld, en zij brachten hem tot David; en zij gaven hem brood, en hij at, en zij gaven hem water te drinken.

1 Samuël 30:11 Meaning and Commentary

1 Samuel 30:11

And they found an Egyptian in the field
As they passed along, lying there, having been sick, and was half starved, almost dead:

and brought him to David;
to know what was to be done with him; being in the habit of a soldier, they concluded he might be one of the company they were in pursuit of; but whether they should kill him, or make use of him for intelligence and as a guide, could they bring him to himself, they knew not, and therefore brought him to David:

and gave him bread, and he did eat, and they made him drink water;
both which they had with them for their own use; had he been an Amalekite, and not an Egyptian, they might not have relieved or spared him, but must have destroyed him at once; see ( Deuteronomy 25:19 ) .

1 Samuël 30:11 In-Context

9 David dan ging heen, hij en de zes honderd mannen, die bij hem waren; en als zij kwamen aan de beek Besor, zo bleven de overigen staan.
10 En David vervolgde hen, hij en die vierhonderd mannen; en tweehonderd mannen bleven staan, die zo moede waren, dat zij over de beek Besor niet konden gaan.
11 En zij vonden een Egyptischen man op het veld, en zij brachten hem tot David; en zij gaven hem brood, en hij at, en zij gaven hem water te drinken.
12 Zij gaven hem ook een stuk van een klomp vijgen, en twee stukken rozijnen; en hij at, en zijn geest kwam weder in hem; want hij had in drie dagen en drie nachten geen brood gegeten, noch water gedronken.
13 Daarna zeide David tot hem: Wiens zijt gij? En van waar zijt gij? Toen zeide de Egyptische jongen: Ik ben de knecht van een Amalekietischen man, en mijn heer heeft mij verlaten, omdat ik voor drie dagen krank geworden ben.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.