Genesis 21:18

18 Sta op, hef den jongen op, en houd hem vast met uwe hand; want Ik zal hem tot een groot volk stellen.

Genesis 21:18 Meaning and Commentary

Genesis 21:18

Arise, lift up the lad
She had set herself down at some distance, and now she is bid to rise up and go to the place where she had left her son, and raise aim up from the ground, on which he lay along:

and hold him in thine hand:
or take hold on him with thine hand, and hold him up with it, he being so weak that he could not sit up without being supported:

for I will make him a great nation:
which is a renewal of a promise before made both to her and to Abraham, ( Genesis 16:10 ) ( 17:20 ) ( 21:13 ) ; and by this Hagar is assured that he would recover and live, and become a man and the father of children, who in time would become a great nation; (See Gill on Genesis 16:10), (See Gill on Genesis 17:20), (See Gill on Genesis 21:13), this shows that the Angel of God here speaking is God himself, or a divine Person, since none but he could make him a great nation.

Genesis 21:18 In-Context

16 En zij ging en zette zich tegenover, afgaande zo verre, als die met de boog schieten; want zij zeide: Dat ik het kind niet zie sterven; en zij zat tegenover, en hief haar stem op, en weende.
17 En God hoorde de stem van den jongen; en de Engel Gods riep Hagar toe uit den hemel, en zeide tot haar: Wat is u, Hagar? Vrees niet; want God heeft naar des jongens stem gehoord, ter plaatse, waar hij is.
18 Sta op, hef den jongen op, en houd hem vast met uwe hand; want Ik zal hem tot een groot volk stellen.
19 En God opende haar ogen, dat zij een waterput zag; en zij ging, en vulde de fles met water, en gaf den jongen te drinken.
20 En God was met den jongen; en hij werd groot, en hij woonde in de woestijn, en werd een boogschutter.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.