Jeremia 52:4

4 En het geschiedde in het negende jaar zijner regering, in de tiende maand, op den tienden der maand, dat Nebukadrezar, de koning van Babel, kwam tegen Jeruzalem, hij en zijn ganse heir, en zij legerden zich tegen haar, en zij bouwden tegen haar sterkten rondom.

Jeremia 52:4 Meaning and Commentary

Jeremiah 52:4

And it came to pass in the ninth year of his reign
Of Zedekiah's reign: in the tenth month, in the tenth [day] of the month;
the month Tebet, which answers to part of December and part of January; hence the fast of the tenth month, on account of the siege of Jerusalem, ( Zechariah 8:19 ) ; [that] Nebuchadrezzar king of Babylon came, he, and all his army,
against Jerusalem;
from whence it appears that he came in person with his army at first to Jerusalem; but, during the siege, or some part of it, retired to Riblah; perhaps upon the news of the king of Egypt's coming to the assistance of the Jews: and pitched against it;
or encamped against it: and built forts against it round about;
wooden towers, as Jarchi and Kimchi explain it; from whence they could shoot their arrows and cast their stones.

Jeremia 52:4 In-Context

2 En hij deed dat kwaad was in de ogen des HEEREN, naar alles, wat Jojakim gedaan had.

3 Want het geschiedde, om den toorn des HEEREN tegen Jeruzalem en Juda, totdat Hij hen van Zijn aangezicht weggeworpen had; en Zedekia rebelleerde tegen den koning van Babel.

4 En het geschiedde in het negende jaar zijner regering, in de tiende maand, op den tienden der maand, dat Nebukadrezar, de koning van Babel, kwam tegen Jeruzalem, hij en zijn ganse heir, en zij legerden zich tegen haar, en zij bouwden tegen haar sterkten rondom.

5 Alzo kwam de stad in belegering, tot in het elfde jaar van den koning Zedekia.

6 In de vierde maand, op den negenden der maand, als de honger in de stad sterk werd, en het volk des lands geen brood had;