Job 13:20

20 Alleenlijk doe twee dingen niet met mij; dan zal ik mij van Uw aangezicht niet verbergen.

Job 13:20 Meaning and Commentary

Job 13:20

Only do not two [things] unto me
This is an address not to Zophar as in the place of God, as to me, but to God himself; by this it appears, that though in modesty he does not mention him, yet he it is he has the chief, if not the sole regard unto in ( Job 13:19 ) ; for his desire was to speak to the Almighty, and reason with God, and have nothing more to do with his friends, ( Job 13:3-5 ) ; but before any pleadings begin on either side, he is desirous of settling and fixing the terms and conditions of the dispute; he requests that two things might be granted him, which are mentioned in ( Job 13:21 ) :

then will I not hide myself from thee;
through fear or shame, but boldly appear before God, and come up even to his seat, and plead with him face to face.

Job 13:20 In-Context

18 Ziet nu, ik heb het recht ordentelijk gesteld; ik weet, dat ik rechtvaardig zal verklaard worden.

19 Wie is hij, die met mij twist? Wanneer ik nu zweeg, zo zou ik den geest geven.

20 Alleenlijk doe twee dingen niet met mij; dan zal ik mij van Uw aangezicht niet verbergen.

21 Doe Uw hand verre van op mij, en Uw verschrikking make mij niet verbaasd.

22 Roep dan, en ik zal antwoorden; of ik zal spreken, en geef mij antwoord.