1 Corinthiërs 15:11

11 Hetzij dan ik, hetzij zijlieden, alzo prediken wij, en alzo hebt gij geloofd.

1 Corinthiërs 15:11 Meaning and Commentary

1 Corinthians 15:11

Therefore whether it were I or they
By whom Christ was seen first or last, we were all eyewitnesses of him; or whether I am the least, and others the chief of the apostles; or whether I have laboured more abundantly than they all, this matters not:

so we preach;
we agree in our ministry to preach Christ, and him only, and with one heart and mouth assert, that he died, was buried, and rose again the third day:

and so ye believed;
these several truths relating to the death, burial, and resurrection of Christ. Thus the apostle, after he had made a digression upon his own character, as one of the witnesses of Christ's resurrection, returns to the subject he set out upon in the beginning of the chapter, in order to lead on to the doctrine of the resurrection of the dead, which he proves by the resurrection of Christ, in the following verses. One of Stephen's copies read, "so we believed"; and so the Ethiopic version seems to have read; see ( 2 Corinthians 4:13 ) .

1 Corinthiërs 15:11 In-Context

9 Want ik ben de minste van de apostelen, die niet waardig ben een apostel genaamd te worden, daarom dat ik de Gemeente Gods vervolgd heb.
10 Doch door de genade Gods ben ik, dat ik ben; en Zijn genade, die aan mij bewezen is, is niet ijdel geweest, maar ik heb overvloediger gearbeid dan zij allen; doch niet ik, maar de genade Gods, Die met mij is.
11 Hetzij dan ik, hetzij zijlieden, alzo prediken wij, en alzo hebt gij geloofd.
12 Indien nu Christus gepredikt wordt, dat Hij uit de doden opgewekt is, hoe zeggen sommigen onder u, dat er geen opstanding der doden is?
13 En indien er geen opstanding der doden is, zo is Christus ook niet opgewekt.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.