1 Koningen 1:21

21 Anders zal het geschieden, als mijn heer de koning met zijn vaderen zal ontslapen zijn, dat ik en mijn zoon Salomo als zondaars zullen zijn.

1 Koningen 1:21 Meaning and Commentary

1 Kings 1:21

Otherwise it shall come to pass, when my lord the king shall
sleep with his fathers
That is, shall die, and be buried in the sepulchre of his ancestors, where he shall lie till he awakes in the morning of the resurrection:

that I and my son Solomon shall be counted offenders;
or "sinners" F7; not as if she would be reckoned an adulteress, and her son as illegitimate, as some think, and so be branded and treated as such; but as being traitors, making pretensions to the throne, she on the behalf of her son, and he for himself, when he had no right to it, being the younger son, and not declared successor by his father.


FOOTNOTES:

F7 (Myajh) "peccatores", V. L. Pagninus, Montanus

1 Koningen 1:21 In-Context

19 En hij heeft ossen, en gemest vee, en schapen in menigte geslacht, en genood al de zonen des konings, en Abjathar, den priester, en Joab, den krijgsoverste, maar uw knecht Salomo heeft hij niet genood.
20 Maar gij, mijn heer koning, de ogen van het ganse Israel zijn op u, dat gij hun zoudt te kennen geven, wie op den troon van mijn heer den koning na hem zitten zal.
21 Anders zal het geschieden, als mijn heer de koning met zijn vaderen zal ontslapen zijn, dat ik en mijn zoon Salomo als zondaars zullen zijn.
22 En ziet, zij sprak nog met den koning, als de profeet Nathan inkwam.
23 En zij gaven den koning te kennen, zeggende: Zie, de profeet Nathan is daar; en hij kwam voor het aangezicht des konings, en boog zich voor den koning op zijn aangezicht ter aarde.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.