1 Koningen 20:21

21 En de koning van Israel toog uit, en sloeg paarden en wagenen, dat hij een groten slag aan de Syriers sloeg.

1 Koningen 20:21 Meaning and Commentary

1 Kings 20:21

And the king of Israel went out
Of Samaria; when he saw the Syrians fleeing, and his army pursuing, he went forth, perhaps, with more forces, who were now willing to join with him; Josephus F3 says, Ahab had another army within the walls:

and smote the horses and chariots;
that is, the men that rode on horses; and in chariots, the Syrian cavalry:

and slew the Syrians with a great slaughter;
how many were slain is not said; but the Jewish historian F4 says they plundered the camp, in which were much riches, and great plenty of gold and silver, and took their chariots and horses, and returned to the city of Samaria.


FOOTNOTES:

F3 Antiqu. l. 8. c. 14. sect. 2.
F4 Ibid.

1 Koningen 20:21 In-Context

19 Zo togen deze jongens van de oversten der landschappen uit de stad, en het heir, dat hen navolgde.
20 En een ieder sloeg zijn man, zodat de Syriers vloden, en Israel jaagde hen na. Doch Benhadad, de koning van Syrie, ontkwam op een paard, met enige ruiteren.
21 En de koning van Israel toog uit, en sloeg paarden en wagenen, dat hij een groten slag aan de Syriers sloeg.
22 Toen trad die profeet tot den koning van Israel, en zeide tot hem: Ga heen, sterk u; en bemerk, en zie, wat gij doen zult; want met de wederkomst des jaars zal de koning van Syrie tegen u optrekken.
23 Want de knechten van den koning van Syrie hadden tot hem gezegd: Hun goden zijn berggoden, daarom zijn zij sterker geweest dan wij; maar zeker, laat ons tegen hen op het effen veld strijden, zo wij niet sterker zijn dan zij!
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.