1 Koningen 7:19

19 En de kapitelen, dewelke waren op het hoofd der pilaren, waren van leliewerk in het voorhuis, van vier ellen.

1 Koningen 7:19 Meaning and Commentary

1 Kings 7:19

And the chapiters that were upon the top of the pillars were
of lily work in the porch
Or such as was in the porch of the temple; the work was like that wrought in the form of the flower of lilies open:

four cubits;
of the five cubits of which the chapiters consisted, four of them were of lily work, the two rows of pomegranates taking up the other; though Dr. Lightfoot F15 thinks, that at the head of the pillar was a border or circle of lily work, that stood out four cubits under the chapiter, into and along the porch; a four cubit circle, after the manner of a spread lily.


FOOTNOTES:

F15 Prospect of the Temple, c. 13. sect. 2. p. 1075.

1 Koningen 7:19 In-Context

17 De netten waren van nettenwerk, de banden van ketenwerk voor de kapitelen, die op het hoofd der pilaren waren; zeven waren voor het ene kapiteel, en zeven voor het andere kapiteel.
18 Zo maakte hij de pilaren, mitsgaders twee rijen rondom over het ene net, om de kapitelen, die boven het hoofd der granaatappelen waren, te bedekken; alzo deed hij ook aan het andere kapiteel.
19 En de kapitelen, dewelke waren op het hoofd der pilaren, waren van leliewerk in het voorhuis, van vier ellen.
20 De kapitelen nu waren op de twee pilaren, ja, daarboven tegenover den buik, dewelke was nevens het net; en tweehonderd granaatappelen waren in rijen rondom, ook over het andere kapiteel.
21 Daarna richtte hij de pilaren op in het voorhuis des tempels; en den rechter pilaar opgericht hebbende, zo noemde hij zijn naam Jachin, en den linker pilaar opgericht hebbende, zo noemde hij zijn naam Boaz.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.