1 Kronieken 2:16

16 En hun zusters waren Zeruja en Abigail. De kinderen nu van Zeruja waren Abisai, en Joab, en Asa-El drie.

1 Kronieken 2:16 Meaning and Commentary

1 Chronicles 2:16

Whose sisters were Zeruiah and Abigail.
&c.] That is, sisters of David:

and the sons of Zeruiah; Abishai, and Joab, and Asahel, three;
all valiant men and captains in David's army; their father's name is nowhere mentioned.

1 Kronieken 2:16 In-Context

14 Nethaneel, den vierde, Raddai, den vijfde,
15 Ozem, den zesde, David, den zevende.
16 En hun zusters waren Zeruja en Abigail. De kinderen nu van Zeruja waren Abisai, en Joab, en Asa-El drie.
17 En Abigail baarde Amasa; en de vader van Amasa was Jether, een Ismaeliet.
18 Kaleb nu, de zoon van Hezron, gewon kinderen uit Azuba, zijn vrouw, en uit Jerioth. En de zonen van deze zijn: Jeser, en Sobab, en Ardon.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.