1 Kronieken 3:3

3 De vijfde Sefatja, van Abital; de zesde Jithream, van zijn huisvrouw Egla.

1 Kronieken 3:3 Meaning and Commentary

1 Chronicles 3:3

(See Gill on 1 Chronicles 3:1).

1 Kronieken 3:3 In-Context

1 Dezen nu waren de kinderen van David, die hem te Hebron geboren zijn: de eerstgeborene Amnon, van Ahinoam, de Jizreelietische; de tweede Daniel, van Abigail, de Karmelietische;
2 De derde Absalom, de zoon van Maacha, de dochter van Thalmai, de koning te Gesur; de vierde Adonia, de zoon van Haggith;
3 De vijfde Sefatja, van Abital; de zesde Jithream, van zijn huisvrouw Egla.
4 Zes zijn hem te Hebron geboren; want hij regeerde daar zeven jaren en zes maanden; en drie en dertig jaren regeerde hij te Jeruzalem.
5 Dezen nu zijn hem te Jeruzalem geboren: Simea, en Sobab, en Nathan, en Salomo; deze vier zijn van Bath-Sua, de dochter van Ammiel;
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.