1 Samuël 17:32

32 En David zeide tot Saul: Aan geen mens ontvalle het hart, om zijnentwil. Uw knecht zal heengaan en hij zal met dezen Filistijn strijden.

1 Samuël 17:32 Meaning and Commentary

1 Samuel 17:32

And David said to Saul, let no man's heart fail because of
him
The Philistine, though so gigantic, mighty, and blustering: this he said within himself, so Kimchi; as David perceived the hearts of most, if not all, did, since none dared to go out and fight him, but on the contrary fled from him:

thy servant will go and fight with this Philistine;
and therefore there need be no thought, care, or concern to look out for another man.

1 Samuël 17:32 In-Context

30 En hij wendde zich af van dien naar een anderen toe, en hij zeide achtervolgens dat woord; en het volk gaf hem weder antwoord, achtervolgens de eerste woorden.
31 Toen die woorden gehoord werden, die David gesproken had, en in de tegenwoordigheid van Saul verkondigd werden, zo liet hij hem halen.
32 En David zeide tot Saul: Aan geen mens ontvalle het hart, om zijnentwil. Uw knecht zal heengaan en hij zal met dezen Filistijn strijden.
33 Maar Saul zeide tot David: Gij zult niet kunnen heengaan tot dezen Filistijn, om met hem te strijden; want gij zijt een jongeling, en hij is een krijgsman van zijn jeugd af.
34 Toen zeide David tot Saul: Uw knecht weid de schapen zijns vaders, en er kwam een leeuw en een beer, en nam een schaap van de kudde weg.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.