1 Samuël 6:11

11 En zij zetten de ark des HEEREN op den wagen, en het koffertje met de gouden muizen, en de beelden hunner spenen.

1 Samuël 6:11 Meaning and Commentary

1 Samuel 6:11

And they laid the ark of the Lord upon the cart
Perhaps the same men that made the cart; however they were the Philistines, yet were not punished for touching it, as Uzzah was, though an Israelite, ( 2 Samuel 6:6 2 Samuel 6:7 )

and the coffer with the mice of gold, and the images of their emerods;
which coffer was placed in a purse or bag hung at the side of the ark, with the golden mice and emerods in it.

1 Samuël 6:11 In-Context

9 Ziet dan toe, indien zij den weg van haar landpale opgaat naar Beth-Semes, zo heeft Hij ons dit groot kwaad gedaan; maar zo niet, zo zullen wij weten, dat Zijn hand ons niet geraakt heeft; het is ons een toeval geweest.
10 En die lieden deden alzo, en namen twee zogende koeien, en spanden ze aan den wagen, en haar kalveren sloten zij in huis.
11 En zij zetten de ark des HEEREN op den wagen, en het koffertje met de gouden muizen, en de beelden hunner spenen.
12 De koeien nu gingen recht in dien weg, op den weg naar Beth-Semes op een straat; zij gingen steeds voort, al loeiende, en weken noch ter rechter hand noch ter linkerhand; en de vorsten der Filistijnen gingen achter dezelve tot aan de landpale van Beth-Semes.
13 En die van Beth-Semes maaiden den tarweoogst in het dal, en als zij hun ogen ophieven, zagen zij de ark en verblijdden zich, als zij die zagen.
The Dutch Staten Vertaling translation is in the public domain.